top of page

Factsheet

​

De belangrijkste oorzaak van de klimaatverandering is de verhoogde concentraties van broeikasgassen in de atmosfeer, voornamelijk als gevolg van menselijke activiteiten die sinds de Industriële Revolutie zijn toegenomen zoals:

 

  1. Verbranding van fossiele brandstoffen zoals bijvoorbeeld kolen, olie en gas verbranden om elektriciteit te produceren laten CO2-vervuiling in de atmosfeer achter.

  2. Fokken van vee zorgt voor een grote hoeveelheid geproduceerde methaan die bijdraagt aan de opwarming van het klimaat.

  3. Ontbossing: door het ontbossen van gebieden voor stedelijke, landbouw of infrastructurele doeleinden of voor de verkoop van boomproducten zoals hout en palmolie komt de opgeslagen koolstof uit de verbrandde of verwijderde vegetatie opnieuw als CO2 in de atmosfeer terecht. Dit terwijl planten en bomen fungeren als belangrijke remmers van de klimaatopwarming  doordat ze CO2 uit de lucht kunnen opnemen en er weer zuurstof aan kunnen afgeven.

 

De belangrijkste gevolgen van deze extra broeikasgassen in de atmosfeer is het veranderend weerpatroon. Door de stijging van de temperatuur en het smelten van sneeuw en ijs op de ijskappen zullen sommige plekken getroffen worden door meer droogte en hitte, andere door meer en hevige regenval.

​

De gevolgen van deze extremere weerspatronen hebben gevolgen voor de biodiversiteit (zoals het verdwijnen van planten-en diersoorten) en de economische sector (waaronder de landbouw-, energie-, transport-, gezondheidssector). De risico’s zijn daarbij groter voor de mensen die zich dichtbij overstromingsgebieden bevinden (I), die sterk afhankelijk zijn van de door het klimaat beïnvloede hulpbronnen (II) en diegenen die gevoelig zijn voor de effecten van extreme klimatologische verschijnselen (III). Men verwacht dat gedurende de hele 21e eeuw de gevolgen van de klimaatverandering zullen leiden tot een lagere economische groei (I), een grotere ongelijkheid (II), minder voedselonzekerheid (III) en meer migratie (IV).

En vooral:

278992121_2763287890484618_7403046310142978861_n.png
279073014_1517515178644039_2920005471335036686_n.png

De oorzaken en gevolgen van klimaatopwarming zijn ongelijk verdeeld. Zo is minder dan 18% van de wereldpopulatie verantwoordelijk voor meer dan 50% van de wereldwijde uitstoot van CO2 (Chakravarty et al, 2009). Daarbij zijn in het begin van de 21 eeuw de 45% armste van de wereldbevolking verantwoordelijk voor 7% van de uitstoot, terwijl de 7% rijksten zorgen voor 50% uitstoot.

Over het algemeen geldt: hoe hoger iemand zijn inkomen, hoe hoger die zijn consumptie en ecologische voetafdruk. Mensen in armoede dragen dus in verhouding minder bij tot milieuvervuiling en CO2- uitstoot en zijn bijgevolg minder verantwoordelijk voor de klimaatopwarming.

Indicatoren zoals de ecologische voetafdruk houden echter geen rekening met de situatie van mensen in armoede. Zo blijkt uit onderzoek dat de gemiddelde ecologische voetafdruk van een Belg 5,1 hectare bedraagt maar de consumptie gerelateerde uitstoot van CO2 ligt gemiddeld vier keer hoger bij de 10% rijkste dan 10% armste gezinnen (Lévay et al, 2019). De uitstoot van broeikasgassen hangt dus sterk samen met de levensstandaard van mensen (Reset Vlaanderen, 2019).

Sociale ongelijkheid in het klimaatvraagstuk

Door een ongelijke blootstelling aan en vatbaarheid voor milieu-en klimaatverandering, een ongelijke ecologische impact en een ongelijke impact van het milieu en klimaatbeleid, zijn sommige bevolkingsgroepen kwetsbaarder voor de klimaatverandering. Deze kwetsbaarheid is zelden terug te brengen tot een enkele oorzaak maar eerder het resultaat van elkaar kruisende sociale processen die leiden tot ongelijkheden in socio-economische status, inkomen en blootstelling (IPCC, 2014).

​

Zo blijkt bijvoorbeeld uit onderzoek het verband tussen ongelijkheid en vervuiling: mensen onderaan de sociale ladder worden niet alleen meer blootgesteld aan vervuiling maar zijn er ook gevoeliger voor (Morrens et al, 2014). Dit kan verklaard worden doordat mensen in armoede vaak dichter bij bronnen van vervuiling wonen en werken zoals industriegebieden en vaak al verkeren in een slechtere gezondheid, o.a. door de woonkwaliteit waardoor ze ook nog eens extra kwetsbaar zijn voor de gevolgen van vervuiling (Europees milieuagentschap, 2019). Een ander element is dat de risico’s van de klimaatopwarming een extra stressfactor zijn in het leven van mensen die groter is bij personen die in armoede leven (https://klimaat.be/klimaatverandering/gevolgen).

​

Op deze blog wordt er dan ook ingegaan op precies die ongelijkheden in de klimaatopwarming en vooral het huidige klimaatbeleid. Doordat sociale ongelijkheden waar mensen in armoede dagelijks mee geconfronteerd worden in verband staan met de sociale, economische en ecologische uitdagingen waarvoor we vandaag staan (Steunpunt tot bestrijding van armoede, 2019, p.3). Het is belangrijk vandaag om na te denken over een sociaal rechtvaardig klimaatbeleid om tot een verminderde sociale ongelijkheid te komen in de context van de huidige ecologische uitdagingen.

​

​

Gebruikte literatuur:

Chakravarty, S., et al. (2009) Sharing global CO2 emission reductions among one billion high emitters. PNAS (106), pp. 1-5.

 

Lévay, Petra Zsuzsa et al. (2019). “De sociale verdeling van broeikasgassen in België”, CSB Bericht 2019/07, Antwerpen, Centrum voor Sociaal Beleid.

​

IPCC, 2014: Climate Change 2014: Impacts, Adaptation, and Vulnerability. Part A: Global and Sectoral aspects. Contribution of Working Group II to the Fifth Assessment Report of the Intergovernmental Panel on Climate Change [Field, C.B., V.R. Barros, D.J. Dokken, K.J. Mach, M.D. Mastrandrea, T.E. Bilir, M. Chatterjee, K.L. Ebi, Y.O. Estrada, R.C. Genova, B. Girma, E.S. Kissel, A.N. Levy, S. MacCracken, P.R. Mastrandrea, and L.L. White (eds.)]. Cambridge University Press, Cambridge, United Kingdom and New York, NY, USA, p.6.

Zie bijvoorbeeld Morrens, Bert et al. (2014). “Hoe milieuongelijkheid op zich ongelijk kan zijn: blootstelling aan milieuvervuilende stoffen bij buurtbewoners van industriezones”, in Danielle Dierckx, [ 108] Duurzaamheid en armoede  Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting

 

Coene, J. & Raeymaeckers, P. (red.), Armoede en sociale uitsluiting. Jaarboek 2014, Leuven/Den Haag, Acco, p. 229-249. 

Europees milieuagentschap (2019). Meer maatregelen nodig om de meest kwetsbaarste burgers van Europa te beschermen tegen luchtvervuiling, geluidshinder en extreme temperaturen, persbericht van 4 februari 2019.

​

Reset Vlaanderen (2021). Magazine richting eerlijke transitie. Geraadpleegd via: https://reset.vlaanderen/wp-content/uploads/2022/01/reset-vlaanderen_juni_2021_LR.pdf

bottom of page